Het Paleis van de Weemoed
gisteren 19:00 uur
Schatgraven in de muziekhistorie. Ook dit keer weer een obscure zangeres, Honey Gordon, die klonk als Sarah Vaughan maar lang niet zo beroemd werd.
De countrypioniers The Delmore Brothers (‘Lonesome Yodel Blues’).
Een opmerkelijke bezetting had het kwintet van slagwerker Chico Hamilton, met op fluit Eric Dolphy, op cello Nathan Gershman, op bas Wyatt Ruther, op gitaar Dennis Budimir. Te horen in ‘Far East’.
Ook opmerkelijk, een lang instrumentaal stuk van Nelson Riddle op het ‘George & Ira Gershwin Songbook’ van Ella Fitzgerald: de ‘Ambulatory Suite’.
Wel de stem van Fitzgerald, majestueus scattend in ‘Clementine’, op haar Ellington Songbook.
En ze is met Billy May te horen in de Oscar-rubriek.
Daarin ook de winnaar en nét-niet-winnaars van 1945 – toen diverse songs refereerden aan de Tweede Wereldoorlog.
Johnny Mercer kwam met het op een preek gebaseerde ‘Ac-cent-tchu-ate the positive’. En winnaar werd ‘It might as well be spring’.
Verder: Gerrie van der Klei met ‘In my life’ (van prachtalbum ‘Lovers & Friends’), Mel Powell Band, The Pied Pipers, Johnny Hartman, Nina Simone.
Een pittig gekruide ‘Simple Waltz’ door Clark Terry.
Joan Baez en Cliff Richard in dezelfde song, maar totaal verschillend.